Zaterdag is het dan zover. De start van het nieuwe veldritseizoen. Tenminste: voor Emiel die in Bredene de eerste cross van het nieuwe seizoen zal rijden. Een eerste volwaardig post-coronaseizoen in een sterk gewijzigd veldritlandschap dat zich steeds meer internationaliseert.
Vorig seizoen lijkt al een ver verleden. Een seizoen waarin jongens als Emiel, maar ook Thibau Nys, Ward Huybs, Lennert Belmans en andere eerstejaarsbeloften meteen een vol uur aan de bak moesten. En niet alleen dat, ze moesten doorgaans ook starten vanop de laatste startrij. Positie 60 dus of zowat. Dat jongens als Emiel er desondanks in slaagden om in zowat elke cross pakweg 30 of 35 renners voorbij te gaan is een straffe prestatie. Zeker als er dan op het einde van een slopende race geen terugval is.
Dit seizoen wordt het anders. Vanaf Bredene telt de nieuwe ranglijst die hoofdzakelijk bepaald wordt door de resultaten van het voorbije WK en de wedstrijden van de voorbije weken. Emiel heeft zich daar op rang 21 van de UCI-lijst genesteld en dat verzekert hem de komende weken alvast van een plaatsje op de tweede startrij. Een hemelsbreed verschil met de rij 8 of 9 van vorig seizoen.
Emiel heeft er een voorbereiding op niveau opzitten. Met enkele lastige rittenkoersen, enkele interclubs én een hoogtestage in het Italiaanse Livigno. Afwachten wat de gevolgen zijn van deze hoogtestage en hoe het nieuwe materiaal zich houdt in wedstrijdomstandigheden.
De wedstrijd in Bredene start om 17.30 uur. Naast Emiel komen ook ploegmaats Quinten Hermans, Corné Van Kessel en Joran Wyseure er aan de start. Emiel zette er vorig jaar in barre omstandigheden een erg knap resultaat neer. Maar dit keer krijgen we wellicht een totaal andere wedstrijd: snel en zonder modder.