Het is geen klei. Geen zand. Zelfs geen gewone aarde. De ondergrond in Gavere is een kleverig goedje dat overal tussen kruipt. Tubes, materiaal en renners worden er danig op de proef gesteld. Emiel reed er andermaal een knappe wedstrijd, bekroond met een 27 ste plaats.
De slachtoffers vielen in Gavere al tijdens de warming up. Onder meer Vincent Baestaens moest afgevoerd worden naar het ziekenhuis. En in de wedstrijd volgden valpartijen en lekke banden elkaar op. Emiel stond al snel na de start te voet na het eerste oponthoud voor hem. Hij kon moeilijk opschuiven en raakte moeilijk in z’n ritme. Maar vanaf ronde drie kwam de motor op toerental. Hij raapte de ene na de andere renner voor hem op, ook al is inhalen in Gavere verre van evident, en leek nog te kunnen strijden voor de 25 ste plek. Maar hij geraakte niet meer voorbij de Zwitser Rouiller om het gaatje met Lander Loockx te dichten.
Voorin was het een titanenstrijd met een indrukwekkende Pidcock. Van der Poel klampte aan, Iserbyt zal alle kleuren en Aerts knokte voor wat hij waard is. De Brits schudde de wereldkampioen af, die werd tweede, voor Aerts en Iserbyt. Van der Haar, knap vijfde, volgde al op meer dan een minuut. Beste Tormans-boy was Quinten Hermans op een zevende stek, gevolgd door Van Kessel en Mein. Drie Tormans-jongens in de top tien!
Emiel was de beste eerstejaarsbelofte, negende belofte over-all en nu we toch aan klassementen bezig zijn, vierde Belgische belofte in één van de klassiekers uit het veldrijden!